Dikke penseelstreken

Veld met irissen bij Arles

In dit schilderij is goed te zien hoe gevarieerd Van Goghs penseelstreek is. Hij gebruikte veel verf voor de brede verfstreken in de lucht en voor de kleine stipjes – planten - in de voorgrond (impasto). Die dikke penseelstreken zijn goed te zien als je het schilderij bekijkt onder strijklicht (licht van opzij).

In strijklicht is te zien dat Van Gogh de plantjes in de voorgrond met veel verf stippelde.

Grafische verfstreek

Voor de details zoals de bomen aan de horizon en de irissen in de voorgrond, gebruikte Van Gogh fijne, tekenachtige lijnen met sterk verdunde olieverf. Hij nam daar pruisisch blauwe verf voor. Voor die verf wordt een pigment gebruikt dat bestaat uit ijzerverbindingen. Met röntgenfluorescentiespectrometrie (MA-XRF) werd het ijzer in de verf zichtbaar gemaakt. De fijne contourlijnen zijn zo goed te zien.

Detail van de irissen in de voorgrond in normaal licht en in de ijzer-scan (MA-XRF)

In een brief aan zijn collega Émile Bernard (12 April 1888) legde Van Gogh uit hoe hij bij het schilderen te werk ging:

Hoewel ik altijd direct ter plaatse werk, probeer ik in het ontwerp te vatten wat wezenlijk is – daarna de vlakken, die begrensd zijn door contouren (al dan niet aangegeven) maar in ieder geval voelbaar, die vul ik in met eveneens vereenvoudigde tinten, in die zin dat alles wat land is, dezelfde violetachtige tint krijgt, dat de hele lucht een blauwe tonaliteit krijgt, dat het gebladerte blauwgroen ofwel geelgroen wordt, waarbij ik in dat geval met opzet de gele of blauwe waarden overdrijf.

Brief aan Emile Bernard. Arles, op of rond donderdag 12 april 1888.